Joost Vlot maakte een geveltuin van zijn groenafval
Etensresten handig omtoveren tot compost
Op een zonnige winterdag opent Joost Vlot een vierkante emmer in zijn keuken aan het Assendorperplein. De emmer zit bijna helemaal vol met groente- en etensresten. Toch stinkt het niet. Joost kiepert een bakje vers afval in de emmer, drukt het aan en strooit er een handvol bruine korrels overheen. Dit is de bokashi emmer, volgens Joost dé oplossing voor GFT-afval voor mensen zonder grote tuin.
Joost is niet de enige Assendorper die zich afvraagt hoe groenafval beter gescheiden en hergebruikt kan worden. Omdat het Groente-, Fruit- en Tuinafval (GFT) hier niet wordt opgehaald, zijn de inwoners gedwongen het in de container voor restafval te deponeren. “Dit levert onnodige stank en vervuiling op”, aldus Joost. “Het GFT wordt als afval behandeld en dat is zonde. Bovendien worden extra vuilniszakken verbruikt, omdat mensen hun etensresten ’s zomers bijna dagelijks wegbrengen omdat het anders gaat stinken. Zinloze verspilling dus, terwijl je met het groenafval van deze wijk prachtige compost kunt maken.”
De straatambassadeur van 50 tinten groen Assendorp ging op zoek naar een oplossing. Joost verdiepte zich in wormenhotels, een mooie, natuurlijke manier van afvalverwerking. Maar daar mag je niet alles in verwerken en kan geurtjes met zich meebrengen. Joost zocht verder: “Ik wilde een oplossing die werkt voor al het GFT en schoon, netjes en geurloos is.”
Geen geurtjes
Joost kwam uit bij de bokashi emmer. “Bokashi is Japans voor goed gefermenteerd organisch materiaal. Het maakt gebruik van micro organismen, die zorgen voor de vergisting. Het voordeel is dat alles erin mag; dus niet alleen groente- of vleesresten als pitten en schillen, maar ook gekookte etensresten. Echt alles!”
Volgens Joost is bokashi een zeer eenvoudig fermenteerproces dat geen vieze geurtjes of rotting met zich meebrengt: “Als je de emmer opent om je GFT afval erin te doen, ruikt het zelfs licht zoetig.”
Hoe ging Joost ermee aan de slag? “Heel simpel, ik kocht twee bokashi emmers met de starterskorrels en een compostvat. Daarna bouwde ik als het ware een lasagne in de emmer op: laagje korrels, laagje GFT, laagje korrels. Na een week of drie was de emmer vol. Die zette ik dan twee weken apart.” In de tussentijd vulde Joost de andere emmer. “Daarna leegde ik de volle emmer in het compostvat om verder te verteren. Vervolgens had ik een voorraadje supercompost.”
Zo wisselde hij af, tot hij een behoorlijke voorraad compost had. “Deze compost kun je verwerken in de aarde of in bloempotten. Je kunt er ook voor kiezen om de gefermenteerde inhoud van de bokashi emmer direct in de grond van je (moes)tuin te verwerken als je daar ruimte voor hebt.”
Joost en zijn vrouw voorzagen hun bloempotten en daktuin van compost, maar nog was de compost niet op. “Een vriend zei: ‘Een geveltuintje is leuk’. We zijn samen aan de slag gegaan – hij een geveltuin en wij een geveltuin.” Het tuintje langs de voorgevel ziet er ook ’s winters mooi uit; een echte binnenkomer. “Zo hebben we van ons GFT bokashi gemaakt, laten composteren in het compostvat en vervolgens als basis gebruikt voor de geveltuin.”
Kortom, Joost is razend enthousiast. “Het is een win-win situatie. Goed voor de beestjes, wateropvang en de hitte, minder afval en hele blije plantjes.”
Meer weten? Klik hier.